Vlaamse Media Maatschappij hekelt (te) strikte toepassing Mediadecreet
De Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) besliste dinsdag een boete van 5.000 euro op te leggen aan de Vlaamse Media Maatschappij (VMMa) omwille van een reportage over de winkel Sissy-Boy in het programma 'Spotlight' op de jongerenzender JIM.
'Spotlight' is een lifestyle en modemagazine, met onder andere de Spotlight Hotspot waarin de nieuwe places-to-be om te shoppen of cultuur op te snuiven in de spotlight worden gezet. De nieuwe winkel van Sissy-Boy was de Spotlight Hotspot die in één van de afleveringen aan bod kwam.
VMMa vindt deze veroordeling onterecht. Sara Vercauteren, woordvoerster VMMa: 'De VRM gaat volledig voorbij aan de definitie van de product plaatsing die zegt dat er een vorm van betaling of soortgelijke vergoeding moet zijn. We kunnen moeilijk een negatief bewijs leveren maar we hadden nadrukkelijk verklaard dat Sissy Boy ons niet had betaald. De VRM aanvaardt dat maar zegt dat het feit dat we daar gratis zijn gaan filmen een vorm van vergoeding uitmaakt. Dat is al te absurd want dat maakt zo goed als elke reportage op een locatie product plaatsing. Of dienen wij de winkels zelf te betalen om daar te gaan filmen? Bovendien zijn dergelijke reportages schering en inslag, zeker in de sector van de mode waar elke laatste trend onder de aandacht wordt gebracht. De opening van de winkel van Sissy Boy was trouwens ook in andere media, zoals kranten, internet en weekbladen, aan het geïnteresseerd publiek bekend gemaakt. Daar twijfelt men blijkbaar niet aan het informatief karakter.'
Eerder werden geldboetes opgelegd aan de VRT voor een reportage over de opening van een nieuw restaurant en aan Gunktv voor de recensie van een nieuwe game. Er valt bovendien geen lijn te trekken in de boetes. JIM krijgt bijvoorbeeld een boete die meer dan 300% groter is dan de veroordeling van Gunktv.
Zowel de Europese als de Vlaamse wetgever hebben onlangs een nieuw wetgevend kader voor product plaatsing uitgewerkt. Dit werd door de sector toegejuicht. VMMa maakt zich zorgen dat al die inspanningen teniet gedaan worden door de strikte interpretaties van de VRM. Aangezien er geen beroepskamer bestaat bij de VRM, rest VMMa alleen de mogelijkheid om beroep in te stellen bij de Raad van State.